Subsidiënt: Wout Damen / Utrecht University
Subsidie: 23.3.6.9
Autonome microfoons (ARU's) worden ingezet om de aanwezigheid van diersoorten te monitoren. De DVAR-methode claimt ook de dichtheid van een populatie te kunnen bepalen met ARU's aan de hand van een veronderstelde constante vocalisatiefrequentie. Deze methode werkt onder gunstige omstandigheden, maar het is onduidelijk of het bruikbaar kan zijn bij reguliere monitoringsessies. Daarom heb ik zowel ARU- als cameravalgegevens verzameld op verschillende locaties in Frans-Guyana. Een geautomatiseerde classifier heeft vocalisaties gedetecteerd uit de opnames, die vervolgens gebruikt zijn een vocalisatiefrequentie (DVAR) te berekenen. De haalbaarheid van het gebruik van DVAR's als maatstaf voor de vogeldichtheid is getest door te kijken of er een correlatie bestaat tussen DVAR's en vogelpopulatie-indicatoren van de cameravallen (RAI's), op het niveau van het gehele gebied en individuele locaties.
We hebben geen verband gevonden tussen DVAR's en RAI's. Deze bevinding trekt de waarde van DVAR voor het schatten van dichtheden in twijfel. Het gebrek aan een verband wordt waarschijnlijk veroorzaakt door variantie in de factoren die constant worden geacht. Vooral in de tropen worden deze factoren gemakkelijk beïnvloed door variatie in de omgeving en in het diergedrag.
